Dun, dunner, dunst

Hoe sociale media het schoonheidsideaal accentueren en eetstoornissen (mede)veroorzaken

Dun, dunner, dunst

Hoe sociale media het schoonheidsideaal accentueren en eetstoornissen (mede)veroorzaken

Kortgeleden rapporteerden verschillende kranten dat Instagram, van alle sociale media, het schadelijkst zou zijn voor de mentale gezondheid van jongeren.1 Instagram zou onder andere zorgen voor toenemende onzekerheid over je lichaam en slaapproblemen, angst- en eenzaamheidsgevoelens veroorzaken en pesten in de hand werken. Niet zo heel gek ook, Instagram is een app die voornamelijk bestaat uit gemanipuleerd beeldmateriaal: door verschillende filters en bewerkfuncties blijft er nog maar weinig over van de werkelijkheid.

Nu is Instagram pas iets van de afgelopen jaren, maar de invloed van sociale media gaat al tientallen jaren terug en zo ook de invloed van deze media op onze psychische gesteldheid. Specifiek voor vrouwen, van wie het gepromote schoonheidsideaal door de media doorgaans gebaseerd is op een uiterst aantrekkelijke en vooral slanke vrouw, heeft dit negatieve implicaties. Modellen in tijdschriften en op billboards, danseressen in videoclips, de voedingguru’s die de zogenaamde healthy lifestyle promoten, het merendeel van de BN’ers; voor de meeste vrouwen is het beeld dat wordt gepresenteerd door de media niet op een gezonde manier te evenaren.2 Veel onderzoek wijst dan ook uit dat er een verband bestaat tussen het door media getoonde dunideaal en een verlaging van je eigen zelfbeeld, waaruit eetstoornissen en gerelateerde problematiek, zoals ontevredenheid met je lichaam en bezorgdheid over je gewicht, ontstaan.3 Anorexia nervosa is de meest bekende en veel voorkomende eetstoornis. Eetproblemen nemen vooral de laatste jaren buitensporige proporties aan, voornamelijk onder jonge westerse vrouwen. Het aantal vastgestelde patiënten in de leeftijdsgroep van 15 tot 19 jaar is in de laatste 25 jaar zelfs verdubbeld.4

Eetstoornissen & sociale media: een theorie

Sociale media hebben dus blijkbaar een grote impact op hoe wij onszelf en ons lichaam waarnemen en ervaren, en kunnen in het ergste geval leiden tot een eetstoornis. Maar hoe werkt dit nu precies? Ondanks dat er een duidelijke connectie bestaat, hebben onderzoekers geen direct causaal verband tussen sociale media en eetstoornissen kunnen vinden. Het lijkt er dus op dat sociale media hun invloed indirect uitoefenen via verschillende wegen, die sámen leiden tot de ontwikkeling van een eetstoornis en gerelateerde problematiek. Eén van deze theorieën is uiteengezet in het onderstaande figuur.5 Hier wordt een drietal aan cognitief-emotionele processen, die individueel in werking worden gezet door blootstelling aan bepaalde vormen van sociale media, aangeduid als veroorzakers van de uiteindelijke eetstoornis gerelateerde klachten.




Figuur 1. López-Guimerà, G., Levine, M. P., Sánchez-Carracedo, D., & Fauquet, J. (2010). Influence of mass media on body image and eating disordered attitudes and behaviors in females: A review of effects and processes. Media Psychology, 13(4), 387-416.


Internalisering van het dunne schoonheidsideaal

Met internalisering wordt bedoeld dat bepaalde sociale regels van de samenleving worden opgenomen in de identiteit van de persoon. Deze sociale regels bepalen vervolgens de ideeën die een persoon heeft over welke normen en waarden worden gehanteerd in een bepaalde situatie. Het dunne schoonheidsideaal blijkt bij veel meisjes en vrouwen geïnternaliseerd, waardoor zij gevoelig zijn voor mediabeelden en daardoor voor de ontwikkeling van een eetstoornis of gerelateerde problematiek.6

Sociaal vergelijken

De sociale vergelijkingstheorie van Festinger uit 1954 beschrijft de neiging van mensen om zichzelf te vergelijken met anderen op bepaalde vlakken, voornamelijk degene(n) die zij in een bepaalde situatie belangrijk achten.7 In de context van sociale media betekent deze theorie dat je jezelf voornamelijk vergelijkt op het gebied van aantrekkelijkheid en lichaamsbeeld, en concludeert dat je het beeld dat de media presenteren, niet kunt evenaren. Dit wordt ook wel een opwaartse vergelijking genoemd, en dit leidt tot een toename in ontevredenheid met je lichaam.8 Sterker nog, als je al ontevreden wás over je lichaam, wordt dat gevoel nog meer versterkt door sociale media.9

 

Dunheidsschema

Het activeren van schema’s is een fenomeen dat vooral bekend is binnen de cognitieve psychologie. De verwerking van directe en indirecte informatie die je ontvangt over een bepaald onderwerp gebeurt door middel van ordenen in een mentale structuur in het geheugen: een schema. Zo’n schema bevat algemene informatie over een object of situatie, en stelt je daarmee in staat om prikkels vanuit de buitenwereld te categoriseren en organiseren. Een simpel voorbeeld: een schema voor het woord ‘hond’ bevat de informatie dat een hond over het algemeen vier poten heeft, vriendelijk is, een harige vacht heeft, enzovoorts. Zo’n schema bestaat ook voor het ‘dunheidsideaal’, en dit zal voornamelijk informatie en ideeën bevatten over je eigen lichaamsbeeld, zelfbeeld, gewicht, eigenwaarde, enzovoorts.10 Doordat de inhoud van het dunheidsschema wordt gevormd op basis van prikkels uit de omgeving, en sociale media veel foutieve informatie geven over dit ‘dunheidsideaal’, is het dunheidsschema ook helemaal niet reëel.

Twee kanten

Het bovenstaande overzicht laat zien dat sociale media inwerken op verschillende cognitieve aspecten die er samen voor zorgen dat je gevoeliger kan worden voor het ontwikkelen van een eetstoornis of gerelateerde symptomen. Het is belangrijk om te beseffen dat er nog altijd veel andere factoren bestaan die een rol spelen die hier niet besproken zijn, zoals je leeftijd, ouders en peers, self esteem, etniciteit en het type media waarnaar je kijkt. Gelukkig lijkt het erop dat de samenleving steeds meer wakker wordt geschud door de grote toename van eetstoornissen en gerelateerde problematiek, en de invloed die de media hierbij uitoefenen. Een aantal jaar geleden kwamen de consequenties van anorexia nervosa vlijmscherp naar voren in de media toen een 28-jarige vrouw zich liet fotograferen voor de reclamecampagne voor Nolita. De vrouw woog op dat moment slechts 31 kilo met haar lengte van 1.64 meter en overleed een aantal jaar later aan de gevolgen van anorexia. Zelfs recentelijk shockeerde documentairemaakster Jessica Villerius met haar documentaire ‘Emma Wil Leven’, over een 18-jarig meisje dat al zo’n zes jaar kampt met een eetstoornis en eigenlijk uitbehandeld is. In de documentaire wil Emma laten zien dat ze ‘kiest voor het leven’ en gaat ze voor haar laatste poging om te genezen naar een kliniek in Portugal. De schade aan haar lichaam is echter al dusdanig, dat ze tijdens haar verblijf in Portugal overlijdt.

Sociale media kunnen dus twee kanten op werken. Je kunt met sociale media ook laten zien hoe schadelijk de gevolgen kunnen zijn van het streven naar een onrealistisch ideaalbeeld. Alhoewel, het blijft natuurlijk de vraag of een sporadische reclamecampagne of een documentaire op kan boksen tegen de continue stroom van mediabeelden die het dunne ideaalbeeld van veel vrouwen laten zien, die zijn nu eenmaal veel toegankelijker, met name op Instagram. Kritisch blijven dus. Niet op jezelf, maar op de media die je dagelijks ziet.

Noten

1. AD; NU.nl; Metro, 19-05-2017

2. Tiggemann, M., & McGill, B. (2004). The role of social comparison in the effect of magazine advertisements on women’s mood and body dissatisfaction. Journal of Social and Clinical Psychology, 23(1), 23-44.

3. Cameron, E. M., & Ferraro, F. R. (2004). Body satisfaction in college women after brief exposure to magazine images. Perceptual and Motor Skills, 98(3), 1093-1099.
Groesz, L. M., Levine, M. P., & Murnen, S. K. (2002). The effect of experimental presentation of thin media images on body satisfaction: A meta‐analytic review. International Journal of eating disorders, 31(1), 1-16.
Heinberg, L. J., & Thompson, J. K. (1995). Body image and televised images of thinness and attractiveness: A controlled laboratory investigation. Journal of social and clinical psychology, 14(4), 325-338.
Want, S. C. (2009). Meta-analytic moderators of experimental exposure to media portrayals of women on female appearance satisfaction: Social comparisons as automatic processes. Body Image, 6(4), 257-269.

4. De Volkskrant, 2010

5. López-Guimerà, G., Levine, M. P., Sánchez-Carracedo, D., & Fauquet, J. (2010). Influence of mass media on body image and eating disordered attitudes and behaviors in females: A review of effects and processes. Media Psychology, 13(4), 387-416.

6. Keery, H., Van den Berg, P., & Thompson, J. K. (2004). An evaluation of the Tripartite Influence Model of body dissatisfaction and eating disturbance with adolescent girls. Body image, 1(3), 237-251.
Knauss, C., Paxton, S. J., & Alsaker, F. D. (2007). Relationships amongst body dissatisfaction, internalisation of the media body ideal and perceived pressure from media in adolescent girls and boys. Body image, 4(4), 353-360.

7. Trampe, D., Stapel, D. A., & Siero, F. W. (2007). On models and vases: body dissatisfaction and proneness to social comparison effects. Journal of personality and social psychology, 92(1), 106.

8. van den Berg, P., Paxton, S. J., Keery, H., Wall, M., Guo, J., & Neumark-Sztainer, D. (2007). Body dissatisfaction and body comparison with media images in males and females. Body Image, 4(3), 257-268.

9. Trampe et al., 2007

10. Levine, M.P., & Smolak, L. (2006). The prevention of eating problems and eating disorders: Theory, research and practice.

Merel Spaander

 

Merel Spaander is algemeen redactielid van Blind. Momenteel is zij bezig met haar masters in Brain & Cognitive Sciences en Gezondheidsrecht aan de Universiteit van Amsterdam. Haar interesse voor privacy en databescherming binnen de gezondheidszorg werd gewekt tijdens één van de vakken van Gezondheidsrecht.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *