In dit artikel beschrijft Dr. Edith van Dyck wat de invloed is van muziek op hardlopen.
Lees verderWat kan Plato ons over de hedendaagse muziekindustrie vertellen? In deze verrassende column van de muziek editie kijkt Ralf de Jong naar de relatie tussen de muziekindustrie en politieke veranderingen.
Lees verderHet vroegtijdig overlijden van populaire muzikanten wordt in de media vaak groots onder de aandacht gebracht. Denk aan Amy Winehouse, Michael Jackson en Prince: alle drie succesvolle artiesten met hordes fans, maar ze overleden veel eerder dan de gemiddelde mens. Het leven van beroemde popmuzikanten is gevuld met rijkdom afkomstig van hun concerten en recordomzet, maar vaak wordt vergeten dat deze groep juist erg kwetsbaar is en ook specifieke zorg nodig heeft.
Lees verderMensen zingen. Check. Vogels zingen. Check. Walvissen zingen … Eh?
Biologen bestuderen walviszang al bijna een halve eeuw, en ook musicoloog Laura Lauta van Aysma heeft zich hiermee beziggehouden. Zij studeerde Muziekwetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam, deed daarvoor veldwerk op Maui, Hawaii, en gaf hier jarenlang les aan Amerikaanse studenten. Ook begeleidde zij hen tijdens hun veldwerkonderzoek naar bultrugwalvissen. Met haar masterscriptie ‘The Humpback Whale Song from an Evolutionary Perspective’ werd zij 3e bij de UvA-scriptieprijs. Momenteel promoveert zij aan de Universiteit van Leiden op het gezang van bultrugwalvissen. Heeft walvisgezang meer met menselijk gezang gemeen dan we vermoeden?
Lees verderDowntown Kingston, het armste deel van de stad en tevens het culturele hart van Jamaica. In ‘Reggae, Rastafari en de stad’ neemt professor Rivke Jaffe je mee op een reis door het culturele hart van dit land. Hoe is Kingston verbeeld in reggaemuziek?
Met deze vraag in het achterhoofd schetst Rivke de ontwikkeling van de roots reggae naar de meer elektronische dancehall. Ze ontdekt onder andere dat de stedelijke ellende van Kingston steeds vaker de bron is van een identiteit die zich trots in de stadruimte wortelt, en daarmee internationaal aanzien wint.
Lees verderJe reist via Amsterdam Centraal Station. Je hoort flarden muziek van een… piano. Je denkt: hier? En nieuwsgierig volg je de reizigersstroom naar de linkerhoek van de centrale hal. Hij staat er echt. Een piano met daarop de uitnodigende en een tikkeltje uitdagende boodschap: ‘Bespeel mij’.
Lees verder‘Tommy, can you hear me?‘ (The Who, 1969) In dit artikel laat Kelsey Onderdijk ons horen hoe muziek klinkt met en zonder een cochleair implantaat. Zo’n CI is een medische ingreep waardoor dove of zeer slechthorende mensen toch weer naar muziek kunnen luisteren. Al klinkt dit anders dan normaalhorenden gewend zijn!
Lees verderWe weten al wat langer dat pasgeboren baby’s een grote gevoeligheid hebben voor zowel de melodische, ritmische als dynamische aspecten van spraak en muziek. Taalkundigen scharen deze muzikale aspecten van spraak vaak onder de term ‘prosodie’ om de talige functie te benadrukken. Henkjan Honing betoogt dat het eigenlijk de menselijke aanleg voor het waarnemen, interpreteren en waarderen van muzikale nuances (muzikaliteit) is die aan de basis ligt van deze gevoeligheden.
Lees verderSuspense, mysterie, verrassing, dramatische ironie: door het publiek en de hoofdpersonen op andere manieren te informeren, ontstaat ‘spanning’ in het theater. Hierbij speelt tijd een grote rol, want door een strategische keuze te maken uit een oneindige hoeveelheid mogelijk te tonen gebeurtenissen raakt het publiek geboeid. Daarnaast is de theaterkunst ook zelf aan tijd onderworpen: een voorstelling bestaat alleen zolang deze duurt. Na aflopen resten alleen nog de sporen – een theaterkaartje, kostuums, decor. Erik Laeven laat in dit artikel ten slotte nog zien dat theater niet alleen in een tijd afspeelt, maar deze ook zelf construeert.
Lees verderHet overgrote deel van de wetenschappelijke artikelen die tegenwoordig worden geschreven doet gortdroog aan. Van het gebruik van enige verbeelding of originaliteit om een stuk af te leveren dat getuigd van schoonheid is geen sprake. Er wordt onderzocht en geschreven volgens vaste, algemeen geaccepteerde regels. In deze column, die ook is voorgedragen bij de opening van het Academisch Cultureel Centrum SPUI 25, betoogt Rens Bod tegen deze saaie manier van wetenschap bedrijven. Onderzoekers moeten hun verbeelding gebruiken en zich niets van regels aantrekken om zo tot echte, mooie theorieën en artikelen te komen.
Rens Bod is hoogleraar Kunstmatige Intelligentie aan de University of St Andrews (UK) en Vici-laureaat verbonden aan het Institute for Logic, Language and Computation (ILLC) van de Universiteit van Amsterdam.
Lees verder