Als we geen mensen in kooien meer houden, waarom dieren dan wel?
In 1958 sloot de laatste mensentuin, ook wel human zoo, in Brussel de deuren. Tot die tijd werden 282 zwarte mannen, vrouwen en kinderen uit Belgisch Congo geïmporteerd om in een nepdorp achter een bamboehek te staan. Eén op de drie Belgen bracht een bezoek aan de Congolezen in de Zoo en daarmee werd het een van de grootste attracties die België kende. Onderzoekers wilden zo de Belgische bevolking laten zien hoe bewoners uit hun koloniën leefden, door hen scènes te laten naspelen uit hun ‘dagelijks leven’.
Niet alleen in België waren mensentuinen populair. Vanaf 1870 openden vele Europese en Amerikaanse steden een mensentuin. Hier werden verschillende culturele stammen en bevolkingen tentoongesteld. In Amsterdam werden tijdens de Internationale Koloniale en Uitvoerhandel Tentoonstelling van 1883 tientallen Surinamers en Indonesiërs in een mensentuin op het Museumplein tentoongesteld. Antropologen organiseerden de tentoonstellingen vanuit hun wetenschap: zij onderzochten de kenmerken van de verschillende stammen en bevolkingen, in de hoop iets te vinden wat de ‘rassen’ van elkaar zou onderscheiden. Schedellengte en lichaamskenmerken van de geïmporteerde bevolking werden bestudeerd; neuzen werden gemeten met een neus-index en met behulp van kleurkaarten werd elke huidskleur grondig geanalyseerd.
Vergelijking mens en dier, in mensentuinen en in freakshows
In sommige mensentuinen deelden mensen hun kooi met andere mensen. In andere werden mensen letterlijk naast dieren gezet. De 130 centimeter kleine pygmee Oto Benga moest zijn kooi in de Bronx Zoo in New York delen met een chimpansee. Geheel in dierentuinstijl stond voor zijn kooi een informatiebord met Benga’s gewicht en lengte en met de mededeling dat hij iedere middag in september bezocht kon worden.
Ook wanneer mensen niet letterlijk naast dieren werden geplaatst, werden zij behandeld als dieren. Bezoekers van de Brusselse mensentuinen bekogelden de Congolezen met bananen en nootjes terwijl ze ‘oehoehoeh’-geluiden maakten met hun handen voor de mond. Zo maakten ze mensen uit andere culturen belachelijk. Drie maanden nadat Charles Darwin zijn boek On the Origin of Species publiceerde, in 1859, onthulde cicusuitbater P.T. Barnum dat het publiek van het American Museum in New York een nieuwe ‘attractie’ stond te wachten: ‘the what is it’ of ‘de mensaap’. Bezoekers kregen te horen dat het ging om een schepsel dat tussen de apen in de bomen van Afrika klom. Het zou dé missing link zijn tussen Afrikaanse zwarte mensen en de laagste vorm van dieren.
Ook in zogenaamde freakshows, waarin mensen met een ‘ander’ uiterlijk of ‘freaky’ eigenschappen werden tentoongesteld, werden de mensen vergeleken met dieren. Zo belandde Krao Farini in de negentiende eeuw in een freakshow waarin zij het perfecte exemplaar tussen mens en aap werd genoemd. In werkelijkheid was zij een jonge vrouw uit Zuid-Oost Azië die leed aan een zeldzame ziekte, hypertrichose, waardoor zij overmatig veel beharing in haar gezicht en op haar lichaam had. Een nog bekender voorbeeld van een tentoongestelde mens die met een dier werd vergeleken is Sarah Baartman, ook wel de ‘Hottentot Venus’ genoemd. Over haar werd gezegd dat ze billen had als een baviaan. Of neem de beroemde film The Elephant Man uit 1980, gebaseerd op het waargebeurde verhaal van de Britse Joseph Merrick, die overleed in 1890 aan de almaar groeiende misvormingen op zijn gezicht. Ook Merrick werd zijn leven lang in freakshows gestopt voor het vermaak van anderen. In de film wordt hij op een gegeven moment lastig gevallen door een groep jongens waarop hij de bekende woorden gilt: “I am not an animal, I am a human being. I am a man.”
Toen ik me verdiepte in de geschiedenis van mensentuinen schaamde ik me. Ik wist dit niet. Gingen we vroeger zó met mensen om? En rees bij mij de ongemakkelijke vraag op: wat moet ik dan vinden van dieren die op dit moment in dierentuinen leven? In feite impliceerden de vroegere mensentuinen en freakshows dat men dieren als inferieur beschouwde ten opzichte van de mens. In die mening komt langzaam verandering. De documentaire Blackfish over de orka’s in Seaworld bracht een Blackfish Effect in de Verenigde Staten teweeg omdat het publiek uit verontwaardiging over de behandeling van de orka’s Seaworld boycotte, en dit daardoor in financiële problemen kwam. Dezelfde verontwaardiging ontstond bij de populaire docuserie Tiger King over gevangen leeuwen en tijgers in de Verenigde Staten. Online werd de serie bekritiseerd door kijkers en dierenrechtenorganisaties zoals PETA en Social Compassion in Legislation.
Of dit een pleidooi is om alle parken met dieren erin af te schaffen, weet ik niet. Daarvoor moeten we misschien opnieuw bedenken waarom dieren nog in dierentuinen zitten en of er überhaupt nog een nut is van het houden van dieren in gevangenschap. Dat er verandering op komst is blijkt wel uit het feit dat circussen sinds 2015 geen wilde dieren meer mogen gebruiken in hun acts.
Over het houden van mensen in kooien denken we nu heel anders, niet voor te stellen dat dit tegenwoordig nog zou gebeuren. Gaat er op een dag een punt komen dat we net zo denken over dierentuinen?
Voetnoten
De Vos, K. (2018). Bizar: mensen tentoongesteld in Amsterdam. https://onh.nl/verhaal/bizar-mensen-tentoongesteld-amsterdam
Kakissis, J. (2018). Where ‘Human Zoos’ once stood, a Belgian museum now faces its colonial past. https://www.npr.org/2018/09/26/649600217/where-human-zoos-once-stood-a-belgian-museum-now-faces-its-colonial-past?t=1592823265406&t=1593687917830
Landin, M. (2018). Bizarre trend: Mensen werden tentoongesteld in dierentuin. https://historianet.nl/maatschappij/bizarre-trend-mensen-werden-tentoongesteld-in-dierentuin
McCarthy, C. (2015). The history of racism and the human zoo. https://ceiremccarthy.wordpress.com/2015/05/14/the-history-of-racism-and-the-human-zoo/
Parks, S. (2018). These horrifying ‘human zoos’ delighted American audiences at the turn of the 20th century. https://timeline.com/human-zoo-worlds-fair-7ef0d0951035
Sánchez Gómez, L. Á. (2013). Human zoos or ethnic shows? Essence and contingency in living ethnological exhibitons. Culture & History Digital Journal, 2(2), 1-25.
Shaw, D. B. (2018). Urban space and the posthuman imaginary. In The Routledge Companion to Urban Imaginaries (pp. 438-450). Routledge.
West, J., Human Zoos: America’s Forgotten History of Scientific Racism (documentaire). (2018).
Zeitoun, C. (2106). In the days of human zoos. https://news.cnrs.fr/articles/in-the-days-of-human-zoos
Nadat Joy Leering haar bachelor Communicatiewetenschap binnensleepte, begon ze aan de master Journalistiek en Nieuwe Media aan de Universiteit Leiden, die zij in 2020 afrondde. Met een brede interesse en journalistieke blik op maatschappelijke thema’s probeert Joy als algemeen redactielid bij Blind verschillende onderwerpen vanuit interessante en originele academische invalshoeken te benaderen.